Ketelwagon voor het vervoer van chemicalien.

Dit is een VTG ketel (tanker) wagon. Op dit moment heeft VTG maar liefst 10000 wagons in gebruik voor het vervoer als , en andere .

Men heeft ketelwagens met een inhoud van 26 kubieke meter tot 102 kubieke meter.

Het transport van bijtende vloeistoffen in potten van aardewerk was, zoals de uitgebreide veiligheidsmaatregelen aantoonden, niet zonder gevaren, het laden en lossen was tijdrovend en daarom werd al vroeg naar alternatieven gezocht. Dit werd tegengegaan door het feit dat het reactieproduct van sommige zuren met bepaalde metalen zo hard en stabiel is dat het bestand is tegen de verdere aantasting van het zuur. Dit effect, bekend als passivering, is vooral bekend om zwavelzuur en lood. Het is niet verrassend dat de oudste bewezen zuurketelwagen (en een van de oudste tankwagons überhaupt), een Saksisch voertuig uit 1860, zwavelzuur in twee loden tanks vervoerde, hoewel de ketels gelijk hadden vanwege het hoge gewicht en de lage hardheid van het lood, waarvoor dikke muren nodig zijn waren klein. IJzer vertoont ook een passiverend effect onder geconcentreerd zwavelzuur en daarom waren de eerste ketelwagens met echt zuur allemaal bedoeld voor het transport van dit zuur. Zoutzuur kon rond 1900 in ketels worden vervoerd, toen de containers konden worden bekleed met rubber dat bestand is tegen zoutzuur.

De aluminiumindustrie is ontstaan tussen de twee wereldoorlogen, aangezien dit metaal het bovengenoemde passiverings effect onder salpeterzuur vertoont, zijn er nu voertuigen met aluminium ketels ontstaan. Aluminium kan niet op staal worden gelast, daarom werden de ketels op de voetplaten vastgehouden met treksluitingen, wat de auto een typische uitstraling geeft. Al deze oudere ketelwagens hadden geen afvoerinrichting, maar werden zoals de potten met perslucht gelost. Sommige chemicaliën, b.v. Volgens de veiligheidsvoorschriften mag fluorwaterstofzuur of broom nog steeds alleen worden vervoerd in ketels die geen kleppen hebben onder het vloeistofniveau. Tegenwoordig hebben ketelwagens die met perslucht worden gelost vaak het opschrift .

De oude technologieën worden nog steeds gebruikt voor de constructie van ketelwagens. Ketels kunnen nu echter ook worden gemaakt van roestvrij staal dat alle zuren en logen in gelijke mate kan weerstaan. aan de andere kant zijn dergelijke voertuigen veel duurder in aanschaf en is de reiniging die nodig is bij het veranderen van de lading gevaarlijk en vervuilt het milieu. Deze wagons zijn te herkennen aan het feit dat ze niet zijn gemarkeerd met een specifiek zuur, maar eerder met , of . Tegenwoordig is het adres van de lading, zoals weergegeven in Fig. 26, nog algemener: , zodat een lijst met de soorten tanks alleen kan worden gebruikt om te bepalen waarvoor de auto geschikt is en voor wat niet. Voor de rest geldt hetzelfde voor de tankwagons als hierboven vermeld voor de acid pot wagons: verhuurbedrijven stellen zich niet zo ver mogelijk op met de te laden goederen, particuliere operators (of langdurig huurders) van tankwagons vervoeren altijd hetzelfde en kunnen de te laden goederen specificeren, zoals de prototypefoto's laten zien.

Wat er in individuele gevallen werkelijk in de ketel zit, wordt vandaag, zoals bij wegvoertuigen, gecommuniceerd door de oranje waarschuwingsborden. Het bovenste cijfer, het zogenaamde Kemler-nummer, geeft het type gevaar aan, dat gewoonlijk is voor zuurstoftankwagons; de staat voor , mogelijk verdubbeld voor , de geeft aan dat dit het enige gevaar is. De onderste reeks cijfers, het UN-nummer, codeert de lading, , b.v. staat voor zoutzuur.

Over het algemeen kun je op het eerste gezicht oudere zuurketelwagens herkennen: hun ketels zijn kleiner dan die van de normale ketelwagens uit dezelfde tijd, ze hebben een capaciteit van 150-220 hl vergeleken met 240-300 hl volume in de unitketelwagens. Dit komt omdat het specifieke gewicht van geconcentreerde zuren aanzienlijk hoger is dan dat van water of zelfs minerale olieproducten, zodat de ketel kleiner kan zijn om dezelfde massa te dragen. U kunt echter niet altijd op deze vuistregel vertrouwen, omdat b.v. Geconcentreerd zwavelzuur vriest bij 7 °C en ontdooit weer bij 10,36 °C, veel relevante voertuigen hadden geïsoleerde ketels en zelfs een verwarmingsapparaat (verwarmingsstaven, verwarmingsmantel, voorheen ook verwarmingsgoot), die de afvoer ook bij koeler weer garandeerden en waardoor de ketel groter leek te worden laat; Meestal wordt er verwarmd met stoom. Natriumhydroxide-oplossing wordt altijd vervoerd in geïsoleerde, verwarmde ketels.

De wagon van dit model heeft een inhoud van 220 hectoliter.

Er zijn meerdere versie van dit model uitgekomen, ook met verschillende Wagon nummers. en met verschillende logo's. Dit in lijn met het uitbrengen van een nieuw logo door VTG.

Mijn model heb ik in 2015 op een beurs gekocht, tweedehands. Deze heeft modelnummer 572 502. Ik heb nog geen verdere informatie over dit model/modelnummer kunnen vinden.